- Categorie: Aston Martin, Coverstory, Interview, Premium
Droomauto
De Aston Martin Vanquish van Edwin Molenaar
Al sinds de introductie van de Aston Martin Vanquish, nu 23 jaar geleden, heeft Edwin Molenaar grote bewondering voor het model met na de ingetogen DB7 aantrekkelijke, gespierde lijnen die de kracht van de twaalfcilindermotor benadrukken. Dat hij nu een Vanquish bezit, kon hij toen niet bevroeden, en al helemaal niet dat het voor de aanschaf nodige zetje door zijn vrouw gegeven zou worden.
De introductie van de Vanquish in 2001 is al indrukwekkend met lovende kritieken in gerenommeerde autobladen, wat ook meespeelt is James Bond die een jaar later in de film ‘Die Another Day’ in een Vanquish over het ijs scheurt. Een rol waardoor de auto de cultstatus bereikt, wat hem tot op de dag van vandaag nummer drie in de lijst van meest memorabele filmauto’s aller tijden zou opleveren. Al van kinds af aan is Edwin zeer geïnteresseerd in auto’s. Op de kleuterschool wil hij alleen maar met een Matchbox Mustang spelen en op de achterbank van de Volvo van zijn vader zit hij voornamelijk achterstevoren om het straatbeeld van eind jaren zestig, begin zeventig te bewonderen, met name in de hoop een Citroën SM te spotten, vanaf de introductie in 1970 zijn droomauto. Als hij acht is maakt een ritje in een sportieve Alfa Romeo Giulia indruk en dan is er nog de Jaguar XJ van de buren die ontelbaar veel knopjes op het houten dashboard heeft. Edwins eigen auto-leven begint eind jaren zeventig bescheiden. Eerst heeft hij samen met zijn toenmalige vriendin een Peugeot 104, zijn eerste eigen auto is een Peugeot 205. Zo’n twintig jaar later speelt het merk opnieuw een rol als Edwin voor het eerst ruimte geeft aan zijn liefde voor klassiekers met de aanschaf van een Peugeot 504 Coupé. Een fraai, groen-metallic exemplaar uit de pen van Franco Martinengo van Pininfarina. Ruim twintig jaar lang koestert Edwin zijn Peugeot, totdat die liefde, nu drie jaar geleden, ineens behoorlijk op de proef wordt gesteld.
Pluk de dag
Als Edwin zijn bedrijf in luchthallen en overkappingen grotendeels verkoopt, komt de Aston Martin Vanquish voor het eerst realistisch in beeld. Hij begint zich voorzichtig te oriënteren, maar een aankoop is nog heel ver weg. Edwin moet wennen aan het idee om zo’n nog altijd prijzige auto voor zichzelf te kopen, puur voor het plezier, maar uiteindelijk is het zijn vrouw Jo die in actie komt met een belangrijke motivatie. Haar vader droomde vroeger jarenlang van een Jaguar E-Type. Een auto die hij zichzelf ten doel had gesteld voor wanneer hij vijftig zou worden. Jo: “Je weet nooit hoe het leven loopt, maar wat ik door het overlijden van mijn vader op zijn 46ste al op jonge leeftijd besefte, is dat het leven nu is. Haal eruit wat erin zit, pluk de dag en wacht als het even kan niet met dingen die belangrijk voor je zijn”, om hier met een knipoog aan toe te voegen, “wat dat betreft is de titel van die James Bond-film waar de auto van Ed een hoofdrol in heeft best wel toepasselijk.” Jo, die zelf niet veel met auto’s heeft, begint Edwin aan te moedigen om zijn droom na te jagen en omdat hij zelf na al die tijd rondkijken nog steeds niet eens een proefrit heeft gemaakt, regelt ze dat er op een zomerse zaterdag in 2020 een Vanquish de oprit op komt rijden om uit te proberen. Deze auto zou hij niet kopen, maar het laatste zetje is gegeven. De kurk is van de fles.
Een teken
Edwin: “Om na al die jaren voor het eerst in een Vanquish plaats te nemen en op de centrale, rode startknop te drukken om die waanzinnig klinkende V12 te wekken, was een heel bijzondere beleving. Typisch Jo, overigens, om zoiets voor mij te regelen. Deze specifieke auto werd het niet maar ik wist dat Kimman in Amsterdam een Vanquish in de door mij gewenste kleurstelling had staan: ‘Tungsten Grey Fast Track Metallic’ met een zwartlederen interieur van januari 2005. Ik had al uitgezocht dat ik de eerste serie wilde. Na 2004 kwam de ‘verbeterde’ Vanquish S, maar die is veel stugger geveerd en agressiever afgesteld. Dat Spartaanse past minder bij mij. Ik wist natuurlijk wel van de kwetsbare versnellingsbak van de eerste serie, dus garantie was voor mij heel belangrijk. Ik kon de deal bij Kimman rondmaken waarbij mijn oude Peugeot na 25 jaar werd ingeruild. Hoewel met pijn in het hart leek het mij overdreven om die er dan ook nog naast te houden. Maar op de dag van de overdracht startte mijn 504 niet! Waarschijnlijk ‘een teken’ en toen ik mijn geliefde klassieker op de trailer zag vertrekken voor reparatie wist ik het zeker: die auto moest ik helemaal niet wegdoen. Die staat hier dus ook nog.”
Betrouwbaar
Met een van Edwins kinderen studerend in Amsterdam, wordt de dikke Aston regelmatig van stal gehaald voor de rit vanuit zijn woonplaats Zwolle naar de hoofdstad, met de lange Piet Hein-tunnel steevast als plek om de twaalfpitter lekker te laten galmen. Edwin: “Na die tunnel zag ik een keer een agent op een motorfiets achter mij aankomen. Hij bleef me heel lang volgen waardoor ik dacht de pineut te zijn. Bij een stoplicht kwam hij langszij en tikte op mijn raampje. ‘Wat een heerlijk geluid, meneer!’, was zijn commentaar met een brede grijns.” Maar al vrij snel loopt een van de Amsterdamse bezoekjes minder goed af. Precies voor de RAI begeeft de gevreesde versnellingsbak het en kan de Aston niet meer voor- of achteruit. Gelukkig voor Edwin gebeurt dit al binnen een half jaar na aanschaf, binnen de garantieperiode. Kimman besteedt het werk uit aan Aston Martin-specialist Noble House in Almere, die zijn auto voorziet van de gemodificeerde koppelingsplaat van de Vanquish S en de schakelflippers aan het stuur krijgen verbeterde magneetjes waardoor het schakelen soepeler gaat. Edwin: “Een specialist als Noble House is goud waard. Daar kennen ze de auto tot in detail. Het is belangrijk om te achterhalen of die modificatie al is uitgevoerd als je een eerste serie Vanquish wil kopen. Bij mijn auto was dat onduidelijk en bij een aankoopkeuring komt dat er ook niet uit. Misschien zijn exemplaren met wat meer kilometers op de teller daarom wel een veiliger keuze, want dat kan bijna niet zonder modificatie bereikt worden, iets dat toch zo’n tienduizend euro kost. Het is natuurlijk een auto van in mijn geval 19 jaar oud, waardoor hij telkens enige aandacht vraagt, maar motorisch is hij zeer betrouwbaar.”
Spannend
Buiten deze grote reparatie om, heeft Edwin de afgelopen drie jaar vooral enorm van zijn Aston Martin genoten. Hij is er onder andere mee op vakantie naar Italië geweest waarbij de auto zijn GT-kwaliteiten kon laten gelden. “Zowel op lange snelwegstukken als door de Zwitserse bergen bleek het een fantastische auto. Die twaalfcilinder heeft ontzettend veel kracht waardoor zowel op tempo al rustig rijden een genot zijn. Het schakelen met de flippers is wennen, en eigenlijk had mij dat bij de aanschaf uitgebreid uitgelegd moeten worden. Ik heb vastgesteld dat volautomatisch schakelen te bokkig gaat en veel van de koppeling vraagt. Ik heb zelf uitgevonden dat manueel fijner schakelt en dat je op het schakelmoment even het gaspedaal op moet laten komen om de kracht eraf te halen. Ik kan er nu mee lezen en schrijven en ik vind het juist een van die unieke kenmerken die deze auto zo speciaal maken. Het is de eerste Aston uit het moderne tijdperk en tegelijk de laatste met de hand gebouwde. De twaalfcilinder, het gespierde, ietwat bonkige uiterlijk en die fantastische roffel maken deze auto heel speciaal.”